VLA Congres "Ruimtebewust in de aardrijkskundeles. Eindtermen inspireren"

9 oktober 2021

HIER INSCHRIJVEN

Met het najaarsscongres VLA in 2021 zetten we iets recht! 

Surfen op de golven van de Coronapandemie maakte dat we tot tweemaal toe het congres last-minute dienden te annuleren.  Niet dat daardoor het thema aan actualiteit inboet, integendeel, we zullen de impact van de Corona-crisis op het gebruik van onze schaarse ruimte meenemen in het verhaal.

We koppelen tijdens het congres voor de vierde keer op rij een  actueel geografisch thema aan mogelijke didactische uitvoering in de klas.   Het congres heeft hierdoor voor VLA-leden een sterke professionele meerwaarde, een dag waar niet alleen de inhoudelijk-wetenschappelijke en didactische nascholing centraal staat maar ook contacten tussen leerkrachten aardrijkskunde versterkt worden.

In het geval van het thema ‘ruimte’ snijden we zowel de core-business van de aardrijkskundeles aan maar tegelijkertijd het werkthema waar we het minst expliciet, dan wel meer indirect mee bezig zijn. 

In de ruimte of landschap, stellen we immers de impact van heel wat geografische processen vast bijv. van demografische verandering, economische sectoren, functieverdeling en functieconflicten, segregatie en mobiliteit.  En vooral de perceptie van te weinig open ruimte speelt.

Hoe overheden met deze ruimteproblematieken omgaan en ruimte ordenen is sterk gestuurd vanuit nationale of regionale politiek.  Grensoverschrijdend bestaan er dus grote verschillen, fysische factoren en geopolitieke beslissingen beïnvloeden hier sterk.

De Standaard bracht in 2020 in een artikelenreeks het thema terug te berde op een voorbeeldige manier en ondersteunde dit zelfs met een digitale tool.  “We bouwen ons kapot.  Naoorlogs Vlaanderen munt uit door een niet-aflatende honger aan open ruimte”  kopte de krant.  Per dag verslinden we dus twaalf voetbalvelden aan diverse functies welke we met zijn allen belangrijk vinden en we zijn daardoor koploper in Europa.  Het is echter vooral de woonfunctie (huisje-tuintje) waar we met zijn allen in participeren en blijkbaar niet willen loslaten.  Het sub-urbane gebied breidt zich hierdoor uit over Vlaanderen als een platte koek tussen de stedelijke kernen.  De gevolgen worden steeds duidelijker zichtbaar en we ondergaan ze of kijken er allen van weg.  Opeenvolgende politici met bevoegdheid stellen blijkbaar de noodzakelijke beslissingen uit of schuiven verantwoordelijkheid af.  Corona veroorzaakt opnieuw een woonshift immers ‘woningen met tuin’ en ‘appartementen aan zee’ kunnen op steeds meer belangstelling van kopers rekenen. 

Dit thema vermengt aardrijkskunde (of is het ruimtelijk bewustzijn) en ruimtelijke ordening (of is het planning) maar vooral de specialisten ruimtelijke planning worden in dit debat gevraagd en gehoord.  Toch is bewust en duurzaam omgaan met ruimte een essentieel element in ons vakgebied, vertrekkend vanuit de correcte en gedoseerde kennis en gekoppeld aan noodzakelijke vaardigheden en attitudes.   Als leraar aardrijkskunde kunnen we niet anders dan onze leerlingen confronteren met de ruimtelijke realiteit van hun woonomgeving, hen bevragen naar hun verwachtingen en ze uitdagen richting attitudewijziging en burgerschap.

De nieuwe eindtermen geven ons ook in dit thema ruimte om ermee aan de slag te gaan in alle graden.  

Met de eindtermen 9.2 (= De leerlingen beschrijven kenmerken van landschapsvormende lagen), 9.3 (= De leerlingen onderzoeken relaties tussen landschapsvormende lagen van plaatsen om verschillen tussen landschappen te verklaren ) en 9.5 (= De leerlingen illustreren dat landschappen evolueren onder invloed van fysisch- en sociaal-geografische veranderingen) heb je al ontzettend veel mogelijkheden om combinaties te maken waarin het woonmilieu van de leerling een centraal thema wordt in de eerste graad – begrijpen en analyseren is hier het doel.

Een leerlijn loopt door de tweede graad waar eindterm 9.5 (= De leerlingen reflecteren over de ruimtelijke gevolgen van demografische en economische processen in verschillende regio’s van de wereld) je als leerkracht de mogelijkheid biedt om onze realiteit wereldwijd te af te toetsen en te evalueren.  Ook eindterm 9.2 (= de leerlingen illustreren hoe personen betekenis geven aan plaatsen) kan in de context van ruimtegebruik ingezet worden.

Uiteindelijk brengt sturen de eindtermen in de derde graad doorstroom en dubbele finaliteit de leerlingen tot het beheersingsniveau evaluatie.  De opeenvolging van eindterm 9.2 (= De leerlingen analyseren de ruimtelijke structuur van het systeem “landschap” vanuit een tijd-ruimtekader), eindterm 9.5 (= De leerlingen analyseren gevolgen van ruimtelijk beleid) en de eindterm 9.6 (= De leerlingen evalueren de inrichting van een gebied in functie van duurzame ontwikkeling).  De arbeidsfinaliteit in de derde graad loopt hiermee in de pas met de eindtermen 9.2 (= De leerlingen analyseren aspecten van het ruimtegebruik) en 9.5 (= De leerlingen genereren ideeën in functie van duurzame ontwikkeling voor een plaats).

 

Inschrijven:

Inschrijven kan via deze link

 

Programma:

Overzicht

8u45 - 9u20: onthaal

9u20 - 13u00: sprekers, pauze en uitreiking van de prijs 'les in de kijker'

13u00 - 14u20: middagpauze en lunch

14u20 - 15u20: sessie 1

15u20 - 15u30: pauze

15u30 - 16u30: sessie 2

16u30 - 17u30: receptie

 

Details

De voormiddag wordt uitgetekend rond drie keynote-sprekers welke aspecten van ruimteproblematiek koppelen aan maatschappelijke ontwikkelingen en dit beleid bevragen. 

8u45

Onthaal

9u20

Voorwoord voorzitter VLA

9u30

Thema: Van betonstop naar een positief verbouwingsproject van Vlaanderen

 

 In het lelijkste land van de wereld’ beschrijft Renaat Braem (1968) zijn blik op de (Belgische) jungle toen het vliegtuig waarin hij zat de landing inzette richting Zaventem. De ruimtelijke ontwikkeling van Vlaanderen wordt inderdaad meestal niet met de mooiste woorden beschreven.

De meeste maatschappelijke functies hebben ruimte nodig zoals betaalbaar wonen, werken, recreëren, natuur, landbouw, mobiliteit, enz. . De keuzes uit het verleden hebben geleid tot het groot en te versnipperd ruimtebeslag dat hier vandaag in Vlaanderen mee gepaard gaat. Hieraan gekoppeld worden eveneens een aantal andere problemen mee veroorzaakt en in stand gehouden zoals op vlak van mobiliteit, biodiversiteit, droogte en overstromingen, klimaat, kosten van de nutsinfrastructuur, enz.

Betonstop was het woord dat de pers lanceerde naar aanleiding van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. Er zal echter nog heel wat moeten geïnvesteerd worden om Vlaanderen ruimtelijk op orde te krijgen: Tijd dus voor een grote verbouwing van Vlaanderen.

 

Spreker 1: Peter Cabus, Departement Omgeving.

 

Prof. dr. Peter Cabus is doctor in de economische geografie en master in de stedenbouw en ruimtelijke planning. Sinds april 2017 is hij secretaris-generaal van het Departement Omgeving dat onder zijn leiding ontstond door het samengaan van het vroegere departement Ruimte Vlaanderen en het departement Leefmilieu, Natuur en Energie.

 

10u10

 

Thema: Zit er beweging in de open ruimte?

 

De open ruimte is een kostbaar goed, met een cruciale rol in voedselproductie, behoud biodiversiteit, waterbuffering, opvang klimaatverandering, beleving en ontspanning,…Toch staat de open ruimte dagdagelijks nog onder druk, door een verder toenemend ruimtebeslag en door stedelijke functiewijzigingen. Tijd dus om het tij te keren. De Open Ruimte Beweging wenst de open ruimte te versterken en daarbij ook een versnelling op gang te brengen in de concrete realisaties op terrein. Het programma Water-Land-Schap illustreert hoe lokale gebiedscoalities van waterbeheerders, lokale besturen en landbouwers maatregelen nemen die het watersysteem versterken, landbouw duurzamer maken en het landschap kwalitatiever, en dit op héél veel plekken gelijktijdig in Vlaanderen. Zit er beweging in de open ruimte?

 

Spreker 2: Griet Celen, Vlaamse Landmaatschappij.

 

Mevrouw Celen is van opleiding landbouwkundig ingenieur (bosbouw en bodem) en ruimtelijk planner.  Zij werkte mee aan het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en het Milieubeleidsplan. Nu is zij verantwoordelijk voor gebiedsgerichte geïntegreerde inrichting in landinrichting en de werking van de Vlaamse Grondenbank. Vanuit haar functie is zij mee grondlegger van het Open Ruimte Platform.

 

10u50

Pauze

 

11u30

 

Thema: Kunnen we het gewestplan afschaffen?

 

Thema: het beleidsplan ruimte wil de verdere inname van de open ruimte een halt toeroepen. Maar dat blijkt niet zo evident. Het juridische aanbod aan bebouwbare gronden in de gewestplannen is immers nog immens. Het wijzigen van bestemmingen is door de planschade haast onbetaalbaar. Een groep academici van de KU Leuven, de U Gent en de U Antwerpen heeft onder impuls van het Bouwmeester Label een denktank opgericht rond de vraag hoe we de gewestplannen kunnen laten vervallen. Daarbij werden verschillende scenario’s verkend. Prof. Tom Coppens licht de inzichten van de denktank toe.

 

Spreker 3: Tom Coppens, U Antwerpen 

 

Tom Coppens is hoofddocent ruimtelijke planning aan de universiteit Antwerpen. Hij heeft een diploma Ingenieur-Architect (KU Leuven 1997), GGS ruimtelijke planning, (KU Leuven, 2000) en een doctoraat in de ingenieurswetenschappen: ruimtelijke planning. De expertise en het onderzoek van Tom Coppens richt zich op het ruimtelijk beleid en proces en projectmanagement van complexe projecten. Coppens publiceert regelmatig in internationale wetenschappelijke tijdschriften, maar ook in professionele tijdschriften en opiniepagina’s van kranten. Hij geeft regelmatig lezingen over het ruimtelijke beleid in Vlaanderen. Coppens heeft via internationale onderzoeksprojecten (oa Erasmus +, UN Habitat en de OECD) een goede kijk op ontwikkelingen in het ruimtelijk beleid in het buitenland.

 

12u30

Afronden van het voormiddaggedeelte

Prijs voor de ‘les in de kijker’.

 

 

    Middagpauze: 13u – 14u20

De namiddag bestaat uit twee opeenvolgende modules van 50-60 min met telkens voor de congresganger de keuze tussen microlezingen en workshops. 

Microlezingen (M) richten zich op een specifiek thema.  Workshops (W) bieden didactische toepassingen van dit theoretisch kader naar de klaspraktijk toe. 

 

Reeks 1, 14u20 – 15u20

 

1-A

 

Microlezing

Ouder worden op de juiste plaats.

 

Vlaanderen vergrijst. Vooral vanaf 2030 neemt het aantal 80-plussers spectaculair toe. Vertrekkend vanuit het gegeven dat naarmate men ouder wordt de (auto)mobiliteit kan afnemen, stelt zich de vraag naar de rol van het wonen en de woonplaats. Heel wat Vlamingen wonen immers in onaangepaste woningen en, een gevolg van de ruimtelijke ontwikkelingen, in omgevingen waar nagenoeg alle (basis)voorzieningen ontbreken. De lezing gaat in op die aspecten van de ruimtelijke organisatie van ons land die waardig ouder worden bedreigen. Tevens zal aangehaald worden wat er aan gedaan kan worden.

 

Spreker:  Pascal De Decker & Elise Schillebeeckx, KU-Leuven

 

Pascal De Decker is professor aan het Departement Architectuur van de KU Leuven, Campus Brussel en Gent, Onderzoeksgroep Planning for People, Urbanity and Landscape. Hij is tevens Hoofdredacteur van het tijdschrift  Ruimte en Maatschappij en auteur van tal van publicaties over ruimte en wonen, vooral in Vlaanderen. Elise Schillebeeckx is aan hetzelfde Departement verbonden als postdoctoraal onderzoekster en voert vooral kwalitatief sociologisch onderzoek uit omtrent diverse problemen en aspecten van de woningmarkt, o.a. in Brussel en Vlaanderen. 

 

Maximaal 50 personen             

1-C

 

 

Workshop

Volzet

 

De Fietsbarometer - Leerlingen beoordelen fietsveiligheid in schoolomgeving

 

Over mobiliteit en verkeersveiligheid heeft iedereen een mening. Het zijn populaire thema’s om in de les te behandelen. Vaardigheden aanleren rond Geografische Informatie Systemen (GIS) behoort ook tot de leerplannen, maar ligt veel minder voor de hand. Met steun van de Vlaamse Overheid combineert het Instituut voor Duurzame Mobiliteit (UGent – www.idm.ugent.be) mobiliteit en GIS in haar lespakket voor de derde graad van het secundair onderwijs. Leerlingen kunnen als burgerwetenschappers input en feedback geven over de fietsveiligheid in hun schoolomgeving. Als veel leerlingen participeren, dan krijgen ze ook een stem in het lokale mobiliteitsdebat.

 

In deze workshop demonstreren we de werking van het webplatform en lespakket de ‘Fietsbarometer’. In drie lesuren digitaliseren leerlingen hun verplaatsingen, analyseren ze de klasdata in een GIS-omgeving en doen ze aanbevelingen om de fietsveiligheid in hun schoolomgeving te verhogen. 

 

Spreker: Tom Storme en Sien Benoit, Universiteit Gent.

 

 

Maximaal 20 personen

1-D

 

Workshop

Computerlokaal

Volzet

Ruimte op zee – ruimtelijke ordening met de Europese Zeeatlas

 

De concurrentie om ruimte tussen verschillende activiteiten en sectoren op de zee is groot, denk maar aan visserij, aquacultuur, zandwinning, olie & gaswinning, pijplijnen en kabels, scheepvaart, windmolenparken en mariene natuurreservaten. Tijdens deze interactieve workshop gaan we dieper in op waar deze diverse mariene activiteiten plaatsvinden en hoe ruimtelijke ordening de verschillende belangen kan verzoenen. Dit doen we aan de hand van de Europese Zeeatlas, een internetapplicatie van de Europese Commissie met als doel de kennis van de maatschappij over de zeeën en kustgebieden te verbeteren. De Atlas bevat meer dan 250 kaarten met informatie over een brede waaier aan onderwerpen, van mariene ecosystemen tot windmolenparken. De “Teachers Corner” van de Atlas, die ontwikkeld wordt in samenwerking met leraren, biedt een reeks oefeningen voor verschillende leeftijdscategorieën aan met als doel het gebruik van de Atlas in het onderwijs te stimuleren.

 

Workshopleider: Tim Collart, EMODnet

 

Maximaal 20 personen

1-E

 

Workshop

Volzet

Ruimtegebruik op de Noordzee: een praktische benadering

 

Onze Noordzee is de elfde provincie van België. Net als op land zijn verschillende actoren actief op zee en wil elke sector een deeltje van de koek. In deze workshop bieden we een aantal praktische tools aan om hiermee in de klas aan de slag te gaan. Op een speelse manier krijgen leerlingen meer inzicht in het marien ruimtelijk plan van de Noordzee.'

 

Deze workshop is eerder bedoeld voor leerkrachten in 1e en 2e graad.

 

Workshopleider: Pieter Meeremans, Horizoneducatie.

 

Maximaal 25 personen

1-F

 

Workshop

Volzet

Verkeer en leefbaarheid in straten meten en begrijpen met Straatvinken 

 

Thema: Straatvinken is een burgerwetenschapsproject waarbij burgers het verkeer tellen. Daarnaast worden ook vragen gesteld over hoe deelnemers de leefbaarheid ervaren in hun straat. Sinds 2018 is er elk jaar in mei een groot telmoment waarbij telkens een paar duizend burgers deelnemen. Het tellen van verkeer, het interpreteren van de resultaten en een beter begrip krijgen van de leefbaarheid in straten is ook nuttig in een onderwijscontext. Vandaar dat Straatvinken een lespakket ontwikkelde om leerkrachten te helpen om via Straatvinken op een toegankelijke manier thema's die verband houden met verkeer, ruimtelijke ordening en milieu te behandelen.

www.straatvinken.be

 

Workshopleider: Thomas Vanoutrive en Inneke Baatsen, U-Antwerpen

 

Maximaal: 25 personen

1-G

 

Workshop-nieuw

Ruimtelijke problemen analyseren met GIS

 

GIS biedt de mogelijkheid om het ruimtegebruik in Vlaanderen te bestuderen via verschillende invalswegen.

Via een historisch-geografisch onderzoek aan de hand van  kaarten en foto’s kun je de evolutie van de ruimte en dus het ruimtegebruik duidelijk analyseren.

Via allerhande kaartlagen en veldenquêtes kun je het hedendaags ruimtegebruik identificeren, de ruimtelijke spanningen lokaliseren en zelf mogelijke oplossingen uitwerken.

We gaan hierbij aan de slag met enerzijds eenvoudige GIS-viewers, maar ook met webGIS.

 

 

Workshopleider: Luc Zwartjes, Universiteit Gent, pedagogisch begeleider KathOndVla

 

Maximaal 20 personen

1-H

 

Microlezing - nieuw

 

Systeemdenken voor duurzaam ruimtegebruik via de SDGs.

 

Leren duurzame keuzes maken voor de planeet’ daar draait het om bij  ‘MOS, duurzame scholen, straffe scholen’. MOS werkte mee aan de ontwikkeling van “Naar een duurzaam ruimtegebruik- Een kadertekst voor het onderwijs” van Duurzaam Educatiepunt

Vanuit de inhoud van deze tekst, maak je tijdens deze microlezing/workshop (?) ook kennis met SDGs@school, een nieuwe site van MOS die de SDGs vertaalt naar de schoolcontext en verschillende tools bevat om met de hele school aan de slag te gaan. Je ontdekt hoe je kan systeemdenken over duurzaam ruimtegebruik via de SDGs. 

 

Workshopleider: Veronique De Grave, MOS-coördinator met focus secundair onderwijs en leerkracht aardrijkskunde

 

Maximaal 30 personen

1-I

 

Workshop - nieuw

De toekomst is nu

 

Stel,  je bent als jonge twintiger op zoek naar een nieuwe woonplek. Wikken en wegen… twijfels… welke afwegingen maak ik?

Valt mijn droomplek te rijmen met de bereikbaarheid van mijn activiteiten? Hoe klimaatproof is mijn keuze? Hoe ziet de overheid de ontwikkeling van deze omgeving? Waar haal ik de nodige info?

In deze workshop laten we leerlingen vandaag nadenken over de impact van hun toekomstige woonkeuze, reiken we tools aan om zich correct te infomeren en sturen we aan op een gedegen argumentatie voor de keuze die ze maken.

 

Tags: ruimtelijke ordening, mobiliteit, klimaatproof, leefkwaliteit, GIS, 2030, duurzame ontwikkeling

 

Workshopleider: Pascale Van Schandevyl, leerkracht aardrijkskunde.

 

Maximaal 30 personen, vooral voor leerkrachten derde graad.

 

Reeks 2, 15u30-16u30

 

2-A

 

Microlezing

Volzet

 

Willen we nog ruimte voor landbouw?

 

Het toenemend gebruik van landbouwland door tuinen, hobbydieren en niet-agrarische economische ondernemingen veranderen het platteland ingrijpend zowel in functie als in beeld.  Onderzoeksdata tonen dat deze niet-landbouw-activiteiten een aanzienlijk percentage (gemiddeld 14,2%) van de landbouwruimte in Vlaanderen innemen, met regionaal tot bijna de helft. Dit creëert druk op het landbouwkundig functioneren, maar evengoed op andere vitale functies die open ruimte voor de maatschappij vervult.

Het lijkt duidelijk dat open (landbouw)ruimte vrijwaren een algemeen maatschappelijk belang is, maar een evidentie is het allerminst. Nadenken over hoe individuele doelstellingen uit recreatie, natuurontwikkeling, voedselproductie, ruraal ondernemerschap, … samengebracht kunnen worden tot een sterker geheel is cruciaal. In onderzoek naar transitie en verduurzaming van landbouw vormen de ruimtelijke impact en maatschappelijke meerwaarde dan ook een essentieel onderdeel. Onderzoek met focus op nieuwe bedrijfsvormen zoals korte keten landbouw, CSA en agroforestry alsook op verduurzaming van meer conventionele landbouwmodellen zijn beiden gericht op het creëren van maatschappelijk rendement met landbouw talent: de landbouw neemt een centrale rol op, als producent van voedsel, maar ook als beheerder van de publieke ruimte.

 

 

Spreker: Anna Verhoeve, ILVO.

 

Dr. Anna Verhoeve is senior onderzoeker aan het Instituut voor Landbouw- Visserij en Voedingsonderzoek (ILVO). Zij is doctor in de bio-ingenieurswetenschappen en heeft een master in de geografie en in de stedenbouw en ruimtelijke planning. Anna Verhoeve doet reeds jaren onderzoek op het raakvlak tussen landbouw en ruimtelijke ordening. Een speerpunt in haar onderzoek is het in kaart brengen van zowel zichtbare als minder zichtbare landgebruiksveranderingen op het Vlaamse platteland, waaronder verpaarding en vertuining en het hergebruik van vrijgekomen hoeves.  Naast het verzamelen van data richt ze zich ook op het zoeken naar oplossingen voor ruimtelijke spanningen en  gaat ze voortdurend in dialoog met de betrokken beleidsdomeinen en het middenveld.

 

Maximaal 60 personen.

2-B

 

 

Workshop

Volzet

Escape Rooms

 

              

 

Escape rooms. Ze duiken op in zowat elke stad en worden momenteel dankzij allerhande televisieprogramma’s sterk gehypet. Het bijzondere aan deze escape room is dat de puzzels die moeten opgelost worden, geënt zijn op de leerplandoelstellingen van het vernieuwde leerplan voor de eerste graad (1ste jaar) A-stroom. Toch is deze workshop ook voor leerkrachten van hogere graden interessant. De workshop biedt aan zijn deelnemers naast verschillende activerende werkvormen ook een alternatieve evaluatiemethode aan.

 

Workshopleider: Sam Leenders en Marijne Van Langendonck.

 

Maximaal 20 personen

2-C

 

Workshop

 

Betergem 2038

 

Betergem 2038 is de stad van toekomst. Hoe ziet het leven er dan uit? Hoe zullen we wonen en werken? Wat zullen we eten? Wat met onze leefomgeving? Zijn er kansen voor iedereen?

Om deze en andere vragen te verkennen, namen Vlaanderen Circulair en TransitieNetwerk Middenveld meer dan 1500 Vlaamse burgers mee op reis doorheen deze fictieve stad via een workshopformule. 

Samen tekenden zij hun dromen uit voor de duurzame stad waarin zij willen wonen over 20 jaar. 

 

Workshopleider:  Jakob De Proft

 

Maximaal 30 personen

2-D

 

Workshop

Computerlokaal

Volzet

Ruimtelijke problemen analyseren met GIS

 

GIS biedt de mogelijkheid om het ruimtegebruik in Vlaanderen te bestuderen via verschillende invalswegen.

Via een historisch-geografisch onderzoek aan de hand van  kaarten en foto’s kun je de evolutie van de ruimte en dus het ruimtegebruik duidelijk analyseren.

Via allerhande kaartlagen en veldenquêtes kun je het hedendaags ruimtegebruik identificeren, de ruimtelijke spanningen lokaliseren en zelf mogelijke oplossingen uitwerken.

We gaan hierbij aan de slag met enerzijds eenvoudige GIS-viewers, maar ook met webGIS.

 

 

Workshopleider: Luc Zwartjes, Universiteit Gent, pedagogisch begeleider KathOndVla

 

Maximaal 20 personen

2-E

 

Workshop

Volzet

De toekomst is nu

 

Stel,  je bent als jonge twintiger op zoek naar een nieuwe woonplek. Wikken en wegen… twijfels… welke afwegingen maak ik?

Valt mijn droomplek te rijmen met de bereikbaarheid van mijn activiteiten? Hoe klimaatproof is mijn keuze? Hoe ziet de overheid de ontwikkeling van deze omgeving? Waar haal ik de nodige info?

In deze workshop laten we leerlingen vandaag nadenken over de impact van hun toekomstige woonkeuze, reiken we tools aan om zich correct te infomeren en sturen we aan op een gedegen argumentatie voor de keuze die ze maken.

 

Tags: ruimtelijke ordening, mobiliteit, klimaatproof, leefkwaliteit, GIS, 2030, duurzame ontwikkeling

 

Workshopleider: Pascale Van Schandevyl, leerkracht aardrijkskunde.

 

Maximaal 30 personen, vooral voor leerkrachten derde graad.

2-F

 

Workshop-nieuw

Aan het werk met GEOpunt

 

De Vlaamse portaalsite www.geopunt.be biedt sinds eind november 2013 gebundelde locatiegebonden informatie van de Vlaamse overheid aan. Geopunt is sindsdien dé plaats geworden om allerlei informatie te consulteren. Denk hierbij bv aan de Basiskaart Vlaanderen (GRB), het gewestplan, overstromingskaarten, bosgebieden, VEN-gebieden, voorkooprechten, de Atlas der Buurtwegen, … maar even goed aan sportaccommodaties, bibliotheken, scholen, logies, … en de meest actuele luchtfoto die te vinden is van Vlaanderen. 

Geopunt is de centrale plaats om geo-info en geo-gerelateerde informatie, van de Vlaamse overheid, eenvoudig terug te vinden. 

Tijdens deze workshop krijgt u een overzicht van de mogelijkheden van Geopunt en gaat u zelf aan de slag aan de hand van oefeningen.

 

Workshopleider: Laura D’heer, Digitaal Vlaanderen

 

Maximaal 25 personen

2- G

 

Workshop

Volzet

De Fietsbarometer - Leerlingen beoordelen fietsveiligheid in schoolomgeving

 

Over mobiliteit en verkeersveiligheid heeft iedereen een mening. Het zijn populaire thema’s om in de les te behandelen. Vaardigheden aanleren rond Geografische Informatie Systemen (GIS) behoort ook tot de leerplannen, maar ligt veel minder voor de hand. Met steun van de Vlaamse Overheid combineert het Instituut voor Duurzame Mobiliteit (UGent – www.idm.ugent.be) mobiliteit en GIS in haar lespakket voor de derde graad van het secundair onderwijs. Leerlingen kunnen als burgerwetenschappers input en feedback geven over de fietsveiligheid in hun schoolomgeving. Als veel leerlingen participeren, dan krijgen ze ook een stem in het lokale mobiliteitsdebat.

 

In deze workshop demonstreren we de werking van het webplatform en lespakket de ‘Fietsbarometer’. In drie lesuren digitaliseren leerlingen hun verplaatsingen, analyseren ze de klasdata in een GIS-omgeving en doen ze aanbevelingen om de fietsveiligheid in hun schoolomgeving te verhogen. 

 

Spreker: Tom Storme en Sien Benoit, Universiteit Gent.

 

Maximaal 20 personen

2-H

 

Microlezing -nieuw

Systeemdenken voor duurzaam ruimtegebruik via de SDGs.

 

Leren duurzame keuzes maken voor de planeet’ daar draait het om bij  ‘MOS, duurzame scholen, straffe scholen’. MOS werkte mee aan de ontwikkeling van “Naar een duurzaam ruimtegebruik- Een kadertekst voor het onderwijs” van Duurzaam Educatiepunt

Vanuit de inhoud van deze tekst, maak je tijdens deze microlezing/workshop (?) ook kennis met SDGs@school, een nieuwe site van MOS die de SDGs vertaalt naar de schoolcontext en verschillende tools bevat om met de hele school aan de slag te gaan. Je ontdekt hoe je kan systeemdenken over duurzaam ruimtegebruik via de SDGs. 

 

Workshopleider: Veronique De Grave, MOS-coördinator met focus secundair onderwijs en leerkracht aardrijkskunde

 

Maximaal 30 personen

Receptie en afsluiting: 16u30 – 17u30.

 

 

Datum start
Datum eind
Afbeelding